dinsdag 28 december 2010

1 kolchoze en veel etnografische chaos





Vandaag bezochten we de grote boerderij lees: kolchoze van Vejegora. Ondanks de staatsboerderij samen met de val van de Sovjetunie ophield te bestaan bleef de infrastructuur bestaan, en wordt er nu nog door een grote groep samen gewerkt op 1 boerderij. Hun salaris hier van om en bij de 250 euro is vrij veel voor Rusland en te vergelijken met een leraar in de stad. Het betalen van mensen die in Kolchozes werkten werd reeds in het oude Sovjetland ingevoerd opweg naar de vrije markt, men sprak toen van een Sofchoze (Kol: Kollektieve boerderij, Sofchoze betekent nagenoeg hetzelfde)
In deze te Vejegora worden vooral koeien voor melk gehouden, die in enkel voor het dorp is bestemd waardoor ze niet in brik verdwijnen. Onderweg passeerden we het oude dorp Sjasta waar nog welgeteld 1 man woont die deze maand zijn zestigste verjaardag moederziel alleen vierde omdat het slechte weer het niet toeliet hem te bereiken. Hij was vroeger jager in het bos, en kwam ons op zijn skilatten groeten tussen de grote houten lege huizen. Binnenin lijken de achtergelaten panden op geplunderde etnografisch musea, met een overhoop gehaalde collectie van houten karren, vaten en andere antieke huisraad. Wij enkel beeldenjagers tot we het echt niet meer uithouden van de kou, en ons terugtrekken in het warme huis van Marie-Ivana die ons verwent met een steeds gevulde tafel, na de kou aardappelen en thee bij het vuur, de rode draad in dit verhaal.

графиаяussia #4

in volgorde
Vladimir te Sjasta
Hasselblad te Sjasta
Onderweg Vejegora



maandag 27 december 2010

Коль у нас чего неладно, так не у нас у одних





"Wanneer er is iets fout is bij ons, kan het niet alleen bij ons zijn."

Deze Russische zin gooide Marie-ivana er deze ochtend uit tussen de aardappelen in de schil, de rode bieten en zwarte thee door, aan de ontbijttafel rond half tien deze ochtend. De vroege zon komt maar met moeite vanover de horizon priemen, maar doet het wonderlijk. Vladimir en ik hebben reeds ons fotohart kunnen ophalen in deze wondere ijskoude wereld met een ongezien licht, alsof het telkens iets met ochtendschemer en maanlicht heeft te maken. De lenzen draaien met moeite tot hun gewenst diafragma, en statieven zijn onze trouwe strijdmiddelen in deze magische duisternis. Het licht dat de wereld hier vangt, maakt het trieste verhaal van de verloren dorpen enigszins iets draaglijker. Toch eerder een triestig sprookje met een fatale afloop, die reeds begon met de Russische revolutie van 1917. Het huis van Jefim Medved was het eerste huis van het dorp hier, dat er moest aangeloven. Het was tot aan dat magische jaar 17 van Jefim, die tot de Kulak behoorde. De Kulak waren de intellectuelen met aanzien in de dorpen die toen werden verbannen. Hun eigendom en vee werd toevertrouwd aan het volk. Deze grote boerderijen werden de eerste kolchozen in de Sovjetunie. Het huis van Jefim dat eerst nog dienst deed als stalling,ligt er nu moegestreden bij,stalling, een ruine. Een poging om kleinere dorpen samen te brengen tot grotere, letterlijk: dorpen met een stedelijk karakter (поселки селького типа)was de tweede aanslag op de kleine gemeenschapen, die volgens het Sovjet-systeem opzichzelf niet rendabel genoeg waren de staat te dienen. Na de val van de USSR, met het verdwijnen van de kolchozen, vluchten velen naar de steden omdat er in de dorpen geen werk meer was voor hen. Dit is hier in de dorpen langs de Pinega-rivier niet anders. Te Tsjetsegori wordt nog eens per week, de koude en lege winkel voor 1 uur bemand, en komt iedereen van het dorp brood,boter en andere levensmiddelen kopen. Daar Vladimir hier reeds verschillende keren was om deze dorpen in beeld te brengen, wordt het gemakkelijker toegestaan foto's te nemen, ook al is hij, 1500 kilometer van Sint-Petersburg ook een vreemdeling. Toch het is ongelofelijk hoe we hier bij Marie-ivana worden ontvangen. We hebben hier lange avonden samen bij de schouwkachel in de lage warme kamer. Onze gastvrouw heeft nu haar tweede huisconcert voor ons deze avond. In 1982 heeft een etnograaf uit de hoofdstad nl. de typische volksgezangen van de Pinega-regio opgenomen. De casette (deel 2) worden door haar mijmerend meegezongen. Wachten tot het rond negenen terug licht wordt om op pad te gaan in dit ijskoud verhaal.
Privet iz Tsjetsegori

графиаяussia #3

in volgorde
Vladimir en ik te Toerja
Onderweg naar Toerja
Vladimir bij de Pinega-rivier te Sotogorka
Hasselblad te Sotogorka





zaterdag 25 december 2010

Groeten uit Tsjetsegori

foto: Vladimir Shraga

Aan de andere kant van de rivier


Onwaarschijnelijk om hier vanuit een dorp diep verscholen in de dennewouden van Noord-Rusland op zo een robot-tokkelmachien dit bericht te zenden. Hier te Tsjesjegora, leven er dus wel nog enkele mensen, veertien om precies te zijn, maar het dorp bestaat uit een dertigtal huizen, vroeger woonden hier dus meer mensen. Hier langs te Pinega-rivier zijn verschillende dorpen gevestigd, die vroeger via deze grote rivier met schepen werden bevoorraad, er was zelfs 15 jaar terug een vliegtuigbasis aan de andere kant van de rivier. In de winter is die voorzien van een ijsbrug, of beter, het ijs is zo dik dat je er zomaar met een wagen de overkant kunt bereiken. Zo bereikten we met Vladimirs'wagen inclusief Marie-ivana en haar buurvrouw Rima, een van de laatste bewoners van het kleine dorp, het grotere dorp Peremjen aan de overkant. Het grote houten pakhuis aan de boorden van de Pinega was nog slechts een schim van het ooit bedrijvige dorp. We werden er verwelkomt bij het laatste lid van het grote koor van de streek, een kranig oudje van 96 jaar die samen met Marie-ivana, die zelf 80 jaar is,vocale volksliederen bovenhaalden. Wondermooie oude gezangen, alsof het hier op de 25ste december, echt kerstmis was. Hier wordt echter pas de achtste van januari de geboorte van Jezus gevierd. We hebben niemand om van te houden, zongen ze in koor tussen de gerechten en vodka-toasten door. Alsof deze oude song, reeds de toekomst zag. Vladimir en ik, waren er in het gezellige warme huis en buiten krakend vriesweer, omringd door 5 oude maar nog sterke vrouwen en 1 dronken man, die zich af en toe van de tafel verwijderde, om in kleine pozen zijn roes uit te slapen. Treffend hoe vooral het vrouwelijk geslacht veel ouder worden, de mannen zondigen zich te veel aan geestrijke dranken, vandaar...
Toch dronken we samen met hen meerdere glazen vodak op onze ontmoeting. Het was voor hen sinds de Duitse bezetting geleden dat ze nog uit buitenlander hadden gezien. Via een bosweg, 200 km van de al vrij afgelegen nationale weg richting Arkhangalsk, hebben we via het provinciestadje, ons nog dieper in de Russische Taiga gewaagd. Vladimir was hier nu wel niet vreemd, en hij wist dat we bij Marie-ivana met open armen zouden ontvangen worden. We zullen hier een week logeren met haar in de enige verwarmde plaats van het huis. Ze verloor haar man pas toen ze veertig was. Hij kwam onder zijn traktor terecht, op de kolchoze van het dorp. Er was weinig keuze en Marie-ivana nam het werk van haar man over. Vrij ongewoon voor een vrouw achter een traktorstuur te zien in die tijd. Het waren tijden van overleven voor iedereen van het dorp, maar het dorp leefde, en ze kwamen met hun koor geregeld samen. Ooit zijn ze uitgenodigd om in Moskou de zeventigste verjaardag van de revolutie, respectievelijk in 1987, samen met andere volksgroepen, het evenement op te luisteren. Voor iedereen de eerste en enige keer dat ze in een grootstad kwamen. Dat er vier van hen toen van de roltrap van de metro vielen kunnen ze nog steeds om lachen. Zij zijn de laatste overlevenden van een oude cultuur, die samen met hen onherroepelijk zal verdwijnen.

графиаяussia #2

In volgorde
Maria-ivana thuis in Tsjesjegora
Vladimir buiten in Tsjesjegora
Onderweg naar Tsjesjegora



donderdag 23 december 2010

The road to no(ord)where



Hier vanuit een ouderwetse hotelkamer van het nietszeggende provinciestadje, Karpogori, dringt het pas echt tot mij door, hoe gelukkig ik mij mag prijzen Vladimir te hebben ontmoet. Een welgemeende merci voor Wieland om de link van deze fotograaf\journalist mij te bezorgen! Dit drong de eerste maal tot mij door wanneer vandaag de elektronische termometer in Vladimirs'citroen zijn maximaal meetbereik van -30 graden had overschreden en --graden aangaf. Na 2 volle dagen en meer dan 1500 kilometer door de Russische Taiga te hebben gereden en gegleden, kunnen we morgen, hier op een boogscheut vandaan, ons eerste dorp, шейтогоры, bereiken. De lichturen zijn weleenswaar gereduceerd tot 5 (10-15u), our happines for the day. Gelukkig hebben we zelfs ook happines for the night in deze korte dagen,nl. een magische volle maan. In combinatie met oneindige dennewouden, verlaten dorpen en de beste kompaan,een prachtige winterreis.
Voor 1 keer ben ik een tevreden man onder een blikken autodak against the coldness...
From Russia with love
Koen

dinsdag 21 december 2010

tot Sint-Petersburg (warming up)



beeld: Poesjkin verzamelt sneeuw in Sint Petersburg.

En het spoor liep dood nabij de Witrussische grens...
Belarus'strongman maakte gebruik van frauduleuse praktijken en geweld, na meer dan 16 jaar van repressie, om op zondag te worden herkozen. Luchasenko, een 56-jarige voormalige manager van een collectieve boerderij laat geen onafhankelijke media toe en houdt 80 procent van de industrie onder staatscontrole in Sovjetstijl en onderdrukt de oppositie met harde middelen.
Warsaw Wschodnenia, het Oostelijk station van de Poolse hoofdstad ligt er op dit nachtelijke uur verlaten bij. buiten een paar verloren Sint-Petersburgreizigers heeft niemand hier nu nog wat te zoeken. Ondanks de waarschuwing van de conducteur, omdat het transfervisum voor Wit-Rusland ontbreekt in mijn paspoort, laat ik me verleiden door de warme slaaptrein richting Ruslands'oude hoofdstad. Op een ontiechelijk vroeg uur wordt ik vanuit mijn zalige diepe droom over het land van de Witrussen door 3 naar een vervlogen tijdperk ruikende bontmutsen terug richting Polen gestuurd. Via Vilnius zal ik een dag later dan voorzien Sint-Petersburg bereiken, het is dan maandagmorgen 9 uur en alles is er nog zwart als de nacht ookal liggen zijn straten vol sneeuwvlokken.
Vladimir Shraga wacht er mij op in Vitebsky station. In een nabijlegen koffiehuis maken we het plan om woensdagochtend samen te vertrekken richting Arkhangelsk Oblast, meer bepaald naar de dorpen, gelegen rond de Pinega rivier die door hun extreem afgelegen ligging nog moeilijk kunnen aarden in het huidige wereldbeeld van de jonge Rus. De 21ste eeuw dood niet alleen dorpen, maar ook culturen. De vrouwen van de dorpen gaven voor eeuwen hun bijzondere gezangen, die afwijken van de Russische,van generatie op generatie door. Vladimir bezocht reeds verschillende malen deze streek en maakte er opnames van de gezangen, interviews en foto's van de bewoners. Hijzelf was pas vader geworden van een kloeke dochter en verontschuldigde zich om tot de tijd van het vertrek bij hen te zijn.
Ik bezocht in de hoofdstraat van de stad, Nievsky Prospekt, de fototentoonstelling van jonge Russische fotografen, die heel duidelijk in 2 richtingen waren verdeeld, de ene zochten eerder het sex drugs en rock en roll idee op in de grootstad, de andere hielden meer verband met het vastleggen van de laatste relicten van een groots verleden. Gelukkig kon Anastasia, die overdag in de hermitage van Petersburg werkt, het ook vinden bij die tweede groep.Zelf vertrekt ze zondag richting Iran om er een fotoreportage te maken, maar vond nog even de tijd om mij samen met haar ouders, Tolje an Tanja te verwelkomen vijf hoog nabij Bolsjevikov Prospekt aan de rand van de stad. De miljoenenstad waar het aan diezelfde rand gelegen oorlogskerkhof, een even groot imposant aantal mensen waren gedumpt in een nog grote put tijdens WO2, meesten aan hongersdood gestorven. Dit verhaal had Vladimir gehoord van zijn grootvader, en vertelde mij dit bij het uitrijden van de stad een dag later. Als door de schrik van hongersdood gevangen kochten we in hypermarkt genoeg ranstoenering om de weg naar het noorden te doorstaan.

графияussia #1

in volgorde:
Schets van de minaretten te Petersburg
Anastasia en ik te Petrograd
Fotografie Jana Majakova www.youngphotography.ru
Joera en Zenja op nachttrein Vilnius St. Petersburg
Sneeuwlanschap tijdens treinrit van Warschau naar Vilnius














vrijdag 17 december 2010

een kleine stop in Berlin

Bezoek aan het Joodsmuseum te Berlin

Kamiel Standaert en Maurice De Meyer werkten als krijgsvangene, samen met andere streekgenoten, tijdens WO2 in de fabriek "Auto Union" te Zwickau (Duitsland), niet ver van de Tsjechische grens gelegen. Er werden vooral militaire voertuigen geproduceerd. West-Europese krijgsgevangenen brachten het er beter vanaf dan Poolse, Russische en Joodse mensen. Deze laatsten kregen een kenteken opgespeld, waaronder de davidsster, "OST" voor de Russen, en "P" voor de Polen. De fabriek werd de laatste jaren van de oorlog zwaar gebombardeerd.
In het museum kregen Nic en ik, in het indrukwekkende gebouw van Liebeskind, gelijkaardige verhalen van mensen in deze verschrikkelijke oorlog.


Woordenboek Duits-Russisch specifiek met mijnbouwtermen, dat de Duitsers in staat stelde makkelijker met de mijnbouwers uit het door hen bezette Russisch sprekende gebied te communiceren.

woensdag 24 november 2010

WINTERREIS

Naar aanleiding van het onderstaande artikel in de Izvestia over hoe Rusland zal verdwijnen, maak ik een fotoreportage vanaf half december in het hoge noorden van het land. De streek ten Noorden van Moskou en de Witte Zee lijkt het ergst getroffen. Een ware leegloop van de dorpen naar de stad.

.............................................................................................Dit beeld werd genomen in juli 2010 op mijn laatste reis door de ex-Sovjetunie in Tajikistan.
Onderweg van de hoofdstad naar de grens met Afghanistan kwam ik deze koewachters tegen, schuilend onder de schaduw van een boom bij een hitte van 40 graden. Bij de volgende tocht die mij te wachten staat kan het ook tot 40 graden oplopen, met een 'minus' ervoor welteverstaan.
Dit toont op banale wijze aan hoe onvatbaar groot het Sovjetunie-rijk wel moet geweest zijn, een niet te lijmen/rijmen puzzel.
noot: de plaatsen binnen de Russische federatie waar er geen 'leegloop' merkbaar is, zijn vooral de plaatsen waar de moslimgemeenschap in de meerderheid is.

zondag 21 november 2010



.............................................................................................Dit beeld werd genomen in september 1998 op mijn eerste tocht door de ex-Sovjetunie in Litouwen.
De kleinschalige landbouw als zelfvoorziening was daar toen nog prominent aanwezig.

donderdag 18 november 2010

ZO STERVEN DE DORPEN

Het tijdschrift 'Izvestia' alarmeert de leegloop op het platteland. Een fenomeen dat zich versnelt en ernstige gevolgen heeft, op ecologisch en sociaal vlak voor het land.
Izvestia-Moskou:
Sinds de golf van brandhaarden die Rusland hebben geraakt in augustus van dit jaar. Doch de berichtgeving verkondigde iets anders dan dat er een dorp was afgebrand. Maar hoe was dit mogelijk? Hoe een dorp, een typisch Russisch dorp kan ontvlammen? Normaal bevindt het zich niet middenin een ondoordringbaar woud. Het bevindt zich op een kleine verhevenheid. De huizen zijn omgeven door een dicht mozaïk van moestuinen. Het dorp zelf is begrensd door een uitgestrektheid waar het hooi wordt afgemaaid, van de velden, van de weilanden, wat de plattelandsmensen nodig hebben om het jaar rond zich te kunnen voeden. Zoals men ziet kon het vernielende vuur de huizen nooit bereiken.
“Mijn grootmoeder stond vroeger om 5 uur op, zij zette een ketel kolensoep op de kachel, en om 6 uur, wanneer zij vertrok om te gaan werken op de boerderij, had ze reeds de tijd gehad om haar 'pirojkis' en brood te bakken. (pirojki is een opgevuld broodje)
De boerderij bevond zich in de buurt aan de rand van het dorp, en het was daar dat iedereen werkte. De mensen hoedden er ook hun eigen vee. Wij hadden één koe, schapen, twee varkens, kippen en konijnen. Onze buur had dit ook, samen met enkele paarden die we ook gebruikten op het land. Natuurlijk hadden we ook een onafhankelijke moestuin. De buur had ook een boomgaard, die nu nog steeds bestaat. Maar het dorp is reeds lang verdwenen.
Deze getuigenis is niet die van een bij de tafel zittende moeder voor een 'samovar'. (samovar is een typische Russische theeketel) Het zijn de herinneringen van een vrouw die net 30 jaar is en voortaan in de hoofdplaats van het district woont. Een uitgestrekt maar schaars bevolkt gebied met zijn stoffige, fantastische lanen zoals er zoveel zijn in Rusland. Men vindt er de gemakken van de beschaving: gas, stromend water, riolen en asfalten wegen. En natuurlijk een postkantoor dan net na de oorlog is geopend. Haar vader heeft zich in hetzelfde kleine stadje gevestigd, en hij is niet meer verplicht om 4 uur in de ochtend te moeten opstaan om het hooi voor de koeien voor te bereiden. Het is lang geleden dat hij er nog had. Bijna alle families bekennen dit. Hij blijft enkel nog tuinder. Alle jaren komen de mensen er wel terug om hun aardappelen te planten, die ze rooien in de herfst en nadien bewaren in de kelder. Het is het laatste gebruik dat ons nog bindt met de levenswijze van onze voorouders.
Niemand om de melk te halen.
Vandaag zijn alle woningen voorzien van een schotelantenne en hét model van de autofabriek VAZ. De Lada volledig uitgebouwd, naast buitenlandse voertuigen, meestal tweedehands, soms ook bijna nieuwe. In deze omstandigheden zijn er veel gehinderd om nog een koe te voeden, terwijl er melk in brik bij te kruidenier te krijgen is. Waarom zich uit te sloven op de velden wanneer het voldoet om zijn papieren aan een loket af te geven en een uitkering te ontvangen. Dat is voortaan het leven op het platteland. De manier hoe de dorpen ontbinden is niet eenvoudig. Aan het begin van het proces zijn ze nog bewoond door enkele ouderen. Deze bewoonde huizen zijn opmerkelijk in hun desolate omgeving. In dit stadium is het dorp nog enigzins levend. Men vraagt zich soms af wie deze oudjes bevoorraad met brood e.d. In ieder geval, iemand die het op zich neemt. Het gebeurt dat men in de dorpen op een merkwaardig spektakel valt, een oud koppel in goede vorm die hun kleine onderneming runnen zoals vroeger. Met hun koe, schapen, ganzen, eenden, varkens, een immense tuin, bokalen met appels op siroop, huisgemaakte zure kool bewaard in de kelder. De zonen, waarvan de oudste, na een carrière in het leger met pensioen is gegaan, paseren af en toe om te helpen en om er het ganse jaar voedsel te komen halen. Uiteindelijk verliest het dorp zijn laatste bewoner, dat wil daarom niet zeggen dat de persoon sterft, soms vertrekken ze om bij hun kinderen te gaan wonen, maar meestal is dit niet het geval. Vervolgens komen de elektriciens, en dat is een slecht voorteken, om de elektriciteitsdraad weg te nemen die hen verbondt met de rest van de wereld. Dat is echt het einde. Het is in het Noorden van Europees Rusland ter hoogte van Vologda en Arkhangelsk dat de situatie het ergst is om te zien. Men kan er enorme rijen isbas zien op 2 niveaus tegenover elkaar, opgebouwd in honderden cirkels, ze herbergden ooit elk een familie maar zijn nu allemaal verlaten. Alhoewel ze nog lang bleven bestaan. Slechts enkele bewoners per jaar komen even terug naar het grote dorp dat zich uitstrekt langs de oevers van de feeërieke rivier. Enkel de komst van de zomer haalt dit oord even uit zijn dof bestaan. De vakantiegangers nemen dan voor enkele weken hun intrek in de huizen. Het schitterende huis, gebouwd om eeuwen mee te gaan, verkoopt hier miserie en de prijzen dalen hoe verder men van de nationale weg, de N8 verwijderd is, vervolgens andere wegen en uiteindelijk baantjes die niet ophouden te stoppen en zich omvormen tot paden omzoomd door wouden met een enorme pracht aan essentiële sparren. Als het herfst wordt kan men er ganse emmers paddestoelen plukken vol melk en doordrenkt met het parfum van de getijden, maar er is niemand om ze te plukken.
De ruïnes van een grote beschaving.
Wanneer men onderweg de huizen van de grandiose dorpen van het Noorden op de heuvels met kapel ziet verschijnen, heeft men het gevoel van zich tussen de ruïnes te bevinden van wat vroeger een grote beschaving was en men kan niet anders dan vermoeden wat het ooit is geweest. Nochtans in de regio draaien de landbouwexploitaties schitterend. Het staal van de tankwagens blinkt in de zon. Ze vervoeren eerste klasse volle melk naar de verzamelcentra's die toebehoren aan de multinationals van de landbouw- en voedingsindustrie. De velden zijn bezaaid en zij die in de kolchozen werken, die comfortabel in de huizen op de hoogte leven, krijgen een aanvaardbaar loon.
De ondernemende bewoners kopen van de autochtonen tonnen paddestoelen op het moment van de pluk. Litouwse mensen hebben in het midden van het woud een lokaal opgericht, alleen maar om de mooiste paddestoelen van onevenbare kwaliteit te verzamelen. Ondanks dit alles is het oorspronkelijke plattelandsleven op haar retour en gaat het onherroepelijk verdwijnen. Hier, alsook elders in Rusland met zijn vertegenwoordigers, deze wondere oudjes, van waar de kinderen, eenmaal zij gestorven zijn, het ouderlijk huis voorgoed dichttimmeren en er nooit meer terugkeren.